De eigen weg van Wil Jansen: verf die explodeert in kleur

17-06-16

Olieverf op linnen. Dat is al eeuwen het geheim van de schilder. De evolutie van de beeldende kunst, in het voetspoor van avant-garde en modieuze trends, heeft het geheim versluierd. Maar het is nooit verdampt. Wel moet de kunstenaar die werkt met olieverf, van goeden huize komen. Hij moet een afwijkend en zelfstandig programma hebben, duidelijk anders dan de goegemeente. Wil Jansen (1954, Rotterdam) hoort tot die zeldzame eenlingen die onverstoorbaar hun eigen weg gaan zonder zich iets aan te trekken van wat in de kunst de orde van de dag is. Haar taal is de taal van de verf die explodeert in kleur. Zij is op een intuïtieve manier op zoek naar het mysterie dat ook wel schoonheid wordt genoemd.

Wil Jansen stond al langer op mijn lijstje, omdat haar werk zich onderscheidt. Ik ben in het verleden enkele malen tijdens een open dag in haar atelier aan de Koraalstraat geweest en ik moest wennen aan die merkwaardige kleine doekjes op A4-formaat. Dagboekaantekeningen uit een gebied waarmee wij het contact verloren hebben. De verf is zo dik aangebracht dat het schilderij een object of een reliëf wordt. 

Er is veel tegenstrijdigs in deze kleine kunstwerken. Ze zijn doodstille momentopnames en toch zitten ze vol ritme en beweging. Voor mij geeft de doorslag dat het anders is, wars van iedere kleinburgerlijkheid. Het is goed, heel goed zelfs. Wil Jansen is een echte schilder. Zij heeft een maatschappelijke carrière vaarwel gezegd om zich volledig te kunnen bezig houden met de kunst, waarmee zij al als jong meisje een lotsverbondheid voelde.

Diergeneeskunde

Toch ging zij na de middelbare school niet naar de academie, maar studeerde zij diergeneeskunde in Utrecht. Daarna werkte zij eerst enige tijd als dierenarts in een kliniek voor kleine huisdieren en was vervolgens bijna twintig jaar beleidsmedewerker op het Ministerie van Landbouw. ‘Maar de drang naar kunst was steeds in mijn hoofd en hart aanwezig. In 1990 ging ik naar de avondopleiding van de academie. Een gevoel van thuiskomen. Hier hoor ik. Ondertussen had ik op het ministerie een heel drukke baan. Wij werden geconfronteerd met ingrijpende problemen. Mond- en klauwzeer, de vogelpest. In 2000  was het genoeg. Toen heb ik definitief mijn hart, mijn gevoel gevolgd. Alleen nog de kunst. Het heeft mij buitengewoon gelukkig gemaakt.’

‘Jij denkt waarschijnlijk dat ik alleen met de materie, de verf, bezig ben, omdat die er zo dik op ligt. Misschien was dat in het verleden zo. Maar het gaat steeds meer om de kleur. De verf is het middel en de kleur is het doel. Kleuren beuren mij op, zoals bloemen mij vrolijk maken. Ik weet niet of je die overgave aan kleur, dat verlangen naar kleur als emotie kunt benoemen. Misschien. Vaak gebruik ik zoete kleuren, een soort troost. Voor mij is de handeling, het werken aan het schilderij, heel belangrijk. De kleine maak ik op de tafel, de grote op de vloer. Ook als het schilderij mislukt, heb ik toch een fijne dag gehad.’

Grote productie

Wil Jansen werkt vaak op haar atelier. Zij heeft een relatief grote productie, alsof zij de ‘verloren’ jaren op het ministerie wil inhalen. ‘Ik werk met olieverf, nat-in-nat, laag over laag. Het heeft een geheimzinnige kracht, het leeft. Het is heel anders dan acryl. Dat is gewoon plastic, koud materiaal, dood. Daar kan ik niks mee. Olieverf is inderdaad het grote geheim van de schilder.’

In juni heeft de Amsterdamse galerie Franzis Engels werk van Wil Jansen gepresenteerd op de KunstRAI. In september brengt de Haagse galerie Project 20.nl haar op Art The Hague en in oktober in Keulen.

WIL JANSEN MET COCO OP DE ARM VOOR EEN RECENT SCHILDERIJ.

 

TEKST JAN DONIA
FOTOGRAFIE RICK MESSEMAKER

 

 

 

Meer nieuws