Innovatie

Kabinet wil industrie versneld verduurzamen en in Nederland houden

29-03-23

Met een Nationaal Programma Verduurzaming Industrie wil het kabinet ervoor zorgen dat bedrijven sneller overgaan op schonere productie. De overheid gaat daarbij helpen om te voorkomen dat de industrie uit ons land vertrekt.

Minister Adriaansens (Economische Zaken en Klimaat) heeft, mede namens Minister Jetten (Klimaat en Energie) en Staatssecretaris Heijnen (Infrastructuur en Waterstaat), het programma aangekondigd bij de Tweede Kamer. In de toelichting stelt het kabinet dat de industrie met één miljoen banen en de producten die zij maakt, belangrijk is voor Nederland. Maar de productie moet wel schoner en minder belastend zijn voor de leefomgeving. Grondstoffen moeten uiteindelijk opnieuw gebruikt worden.

Er is een stuurgroep opgericht. Daarin zijn het kabinet, andere overheden, bedrijfsleven en netbeheerders vertegenwoordigd. Het doel is versnellen door met overheid en bedrijven vraag en aanbod beter op elkaar aan te laten sluiten en besluiten te nemen binnen de hele keten.

Koploper worden

Het kabinet vindt het belangrijk dat bedrijven die omslag hier in Nederland maken. Dat is goed voor het klimaat, maar ook voor het concurrentievermogen van Nederland.

‘Ik zie dat de wil en noodzaak om te verduurzamen er is’, aldus minister Adriaansens. ‘Dat zien we terug in de investeringen van bedrijven; er wordt steeds meer geïnvesteerd in duurzame technologie.’

‘Naast het belang voor het klimaat brengt het verduurzamen van de industrie ook andere kansen met zich mee. We hebben alles in huis om daar internationaal koploper in te worden, bijvoorbeeld door het produceren van groene kunststoffen. We, overheid en bedrijven, moeten dan wel hard aan de bak om die kansen te verzilveren. Alle inzet moet beter op elkaar aansluiten en we moeten onzekerheden wegnemen.’

Netcapaciteit

Ze geeft een voorbeeld: ‘Als je als bedrijf wil investeren in een grote elektrische oven, dan wil je weten of er netcapaciteit is en er voldoende groene energie beschikbaar is. Andersom willen netbeheerders eerst weten hoeveel nodig is voor ze de infrastructuur aan kunnen leggen. Zo wachten we op elkaar en kunnen we niet vooruit.’

‘Dit is precies de reden waarom ik met het Nationaal Programma Verduurzaming Industrie alle partijen bij elkaar breng. We nemen sneller, betere besluiten en zorgen dat ze op de juiste manier en in de juiste volgorde worden uitgevoerd.’

Minister Adriaansens van Economische Zaken (foto RVD / Valerie Kuypers en Martijn Beekman)

Energietransitie

De industrie verbruikt veel energie en speelt daarom een belangrijke rol in de omschakeling naar schone energie, zoals elektriciteit en waterstof. Andere sectoren in Nederland willen daar ook gebruik van maken, bijvoorbeeld voor transport. Dat kan alleen als daar de nodige infrastructuur voor komt. Dankzij de industrie loont dat en wordt die infrastructuur, de elektriciteitskabels en leidingen, aangelegd. Zo profiteert de rest van Nederland hier ook van.

Het is belangrijk dat die energie-infrastructuur in hoog tempo wordt aangelegd, vindt het kabinet. Met het Meerjarenprogramma Infrastructuur Energie en Klimaat (MIEK) zet de overheid zich daarvoor al in, zowel voor de verduurzaming van de industrie als voor mobiliteit, landbouw en de woningbouw.

Minister Jetten: “We werken hard om de energietransitie te versnellen. Hoe eerder de industrie toegang tot schone energie heeft, hoe beter. Want wanneer we dit voor elkaar krijgen, profiteren andere sectoren mee. We werken bijvoorbeeld aan het netwerk voor groene waterstof, opslagcapaciteit en netversterking van elektriciteit, en productie van veel wind- en zonne-energie.”

Industriële regio’s

Het vervangen van olie en gas door elektriciteit en waterstof kost tijd en kan niet overal tegelijk. Zo is het bijvoorbeeld nodig dat groene energie kan worden opgeslagen als er meer wordt opgewekt dan op dat moment wordt verbruikt. Ook moet waterstof worden gemaakt en vervoerd.

De overheid richt zich eerst op de vijf regio’s waar veel industriële bedrijven bij elkaar zitten: Noord-Nederland, het Noordzeekanaalgebied, Rotterdam-Moerdijk, Zeeland-West-Brabant en Chemelot in Limburg. Daar is snel veel winst te behalen, zo is de gedachte, en dan zullen veel nieuwe, groene bedrijven zich daar willen vestigen omdat de omstandigheden voor ondernemers goed zijn.

Voor de industrie buiten deze vijf geografische clusters wordt in het programma een aanpak meer op maat uitgewerkt. Dat gebeurt dan in samenwerking met de provincies.

Circulaire economie

‘Door in te zetten op verduurzaming van de industrie slaan we meerdere vliegen in één klap’ zegt staatssecretaris Heijnen. ‘Duurzamer produceren leidt tot minder belasting van de leefomgeving en het milieu. Dat komt de gezondheid van de omwonenden ten goede. Daarnaast is het beter om te voorkomen dat het milieu schade oploopt dan schade achteraf te moeten herstellen.’

‘De verduurzaming van de industrie draagt ook bij aan het doel om in 2050 in Nederland een circulaire economie te hebben. Een economie waarin producten zo lang mogelijk in gebruik blijven en aan het eind van hun levensfase weer als hernieuwde grondstoffen terug in de economie worden gebracht. De industrie speelt hierin een belangrijke rol, bijvoorbeeld door allereerst minder grondstoffen te gebruiken en vervolgens een zo groot mogelijk aandeel gerecyclede grondstoffen te gebruiken.’

Foto Hansenn/AdobeStock

Meer nieuws