Ondernemerschap

Het spiegelei van Rotterdam

Museum Boijmans Van Beuningen - Rotterdam

‘Dit is nieuw. Dit is puur. En daarom zo Rotterdams. We moeten alles zelf uitvinden omdat
dit pand, dit idee, een wereldprimeur is. Dit geldt voor zowel de uiterlijke vormgeving als de invulling van de collectie. Ik krijg iedere keer kippenvel als ik deze woorden uitspreek…’

Aan het woord is Minke van Hooff, Hoofd Relatiebeheer en Filantropie van het Museum Boijmans van Beuningen. Aan passie geen gebrek. De sensatie is haast voelbaar, maar het gáát dan ook ergens over: de totstandkoming van het eerste publiek toegankelijke kunstdepot ter wereld. Het depot in wording dat we zojuist bezochten, is in architectonisch opzicht een kunstwerk op zich. 

 

Het was Jules Deelder die ons ooit leerde dat Rotterdam vierkant, hoog en hoekig, gekanteld in het tegenlicht ligt. Maar dat spreekt het Rotterdam van vandaag zélf tegen: we stonden zojuist voor de kolossale ovalen wand van het depot Boijmans Van Beuningen, een in de steigers staand gebouw dat allesbehalve vierkant, hoekig en gekanteld is. Deelder schreef het gedicht in 2004. Hij kon toen onmogelijk bevroeden dat in 2017, pal naast het monumentale pand van Museum Boijmans Van Beuningen, de eerste paal zou worden geslagen van een markant eivormig pand van 40 meter hoog dat nergens ter wereld zijn gelijke zal kennen.

 

Voor de fotosessie bij enkele spiegelpanelen moesten we voor een moment plaats maken voor een passerende vorkheftruck. Minke van Hooff stapte voorzichtig over een plas heen, terwijl Magchelina Möller, ambassadrice van Boijmans van Beuningen, met haar hand haar helm vasthield. Rotterdamser kon het niet. De spiegels zullen de buitenwand vormen van het Depot waarmee de beeldspraak volmaakt is: in die spiegels weerspiegelt Rotterdam zichzelf. Of, zoals de Libanese dichter Khalil Gibran het verwoordde: Schoonheid is eeuwigheid naar zichzelf starend in een spiegel.

 

Het pand is robuust en uitdagend, en moet een verleiding zijn voor iedere bewoner van onze stad. Volledig in de traditie om aansprekende gebouwen en oeververbindingen een bijnaam te geven, wordt het ovale depot hier en daar al Het Ei van Ex genoemd, met een eervolle knipoog naar museumdirecteur Sjarel Ex, de grote initiator en geestelijk vader van dit legendarische project. 

 

De Rotterdammer moet verliefd worden op dit pand dat zijn kunstwerken zal herbergen als de ware kunstschatten van de stad. Het dakterras dat op 40 meter hoogte een spectaculair uitzicht zal bieden op de stad, is voor iedere bezoeker gratis toegankelijk. Als uitbater van het etablissement op het dakterras zou ik het wel weten. De specialiteit van de kaart zou Het Rotterdamse Spiegelei worden.

‘Wij Rotterdammers mogen best wat meer met de borst vooruit lopen. We zijn allemaal ongelofelijk trots op onze stad, maar dragen we dat wel genoeg uit?’, vraagt Magchelina zich af. ‘Mopperen we niet nog iets te veel? Kom op Rotterdam! Positieve energie!’

 

Minke van Hooff knikt bevestigend: ‘Nog niet alle Rotterdammers zijn ervan doordrongen hóe Rotterdams ons museum eigenlijk is. De collectie is grotendeels tot stand gekomen en intact gehouden door nota bene Rotterdamse burgers die hun collectie als nalatenschap hebben achtergelaten, enkel en alleen ten bate van hun stadgenoten. In andere steden is dat echt ondenkbaar, geloof me.’

‘Deze stad heeft me zóveel gegeven, ik voel het als mijn morele plicht om iets terug te geven’

Hoe meer informatie ik krijg, hoe meer vragen het oproept. De buitenkant hebben we gezien, gevoeld en bezocht. Maar het interieur… de collectie… hoe…?

‘Bedenk je het volgende: momenteel is slechts acht procent van onze totale collectie bij ons te zien en wát je te zien krijgt, wordt ook nog eens bepaald door het museum. Dat wordt in het depot anders. Daarin staat simpelweg álles. En ja, dan hebben we het over 151.000 kunstobjecten. Dat gaat over kunst die circa zeven eeuwen beslaat. Het kleinste object is een dobbelsteen uit de 15e eeuw van een halve centimeter, het grootste object is de Notion Motion van 32 bij 10 meter van de Deense installatiekunstenaar Olafur Eliasson. De objecten die we nu nog niet in huis hebben, zijn opgeslagen in diverse kunstdepots in binnen- en buitenland. Die komen allemaal naar het nieuwe depot. Revolutionair. Vernieuwend. Toegankelijk. Rotterdam ten voeten uit.’  

‘Deze stad heeft me zóveel gegeven, ik voel het als mijn morele plicht om iets terug te geven’

Dit is het eerste publiek toegankelijke depot van de wereld. Onze hele collectie is er te zien. 100 procent! De bezoekers kunnen er straks hun eigen route door het gebouw kiezen. Zo krijgen ze ook een beeld van het museumbedrijf achter de schermen: van kunsttransport tot restauratie. Er is een aparte filmzaal en in vier ruimtes kan live restauratiewerk gevolgd worden. 

 

Met de blik op het verleden wordt de toekomst omarmd. De liefdevolle wisselwerking tussen het depot en de Rotterdammers kan niet beter worden tot uiting worden gebracht dan aan de hand van het zogenaamde Adopteer Een Spiegel Plan. Minke legt uit: ‘Die clipjes die je net buiten zag om de onderlinge spiegelpanelen bijeen te houden, worden in de bouw dus handjes genoemd. De buitenkant van dit enorme pand wordt voorzien van 1.664 spiegels en die spiegels kan men adopteren voor minimaal duizend euro per spiegel. Dus als je een spiegel adopteert, draag je dit eivormige glazen Depot letterlijk en figuurlijk op handjes! Prachtig toch?’

 

Op de vraag of de spiegels alleen door het bedrijfsleven gekocht kunnen worden, volgt een helder antwoord van Magchelina Möller: ‘Dat is nu juist het mooie van dit plan. Iédere Rotterdammer kan zijn stad op handen dragen door een spiegel te adopteren. Naast bedrijven denken we aan particulieren, organisaties, instellingen, scholen, sportverenigingen, wijkcomités, straten, families, vriendenclubs, noem het maar op. Je kunt later aan je kinderen en kleinkinderen vertellen: die spiegel dáár op het Ei is ónze spiegel. Je toont daarmee het respect voor het verleden, maar je schrijft tegelijkertijd mee aan de toekomst van de stad. Helemaal in de geest van onze Rotterdamse voorvaderen die Museum Boijmans van Beuningen ooit groot maakten…’ 

 

Magchelina Möller slikt even haar emotie weg en verwoordt dan de wezenlijke kern van haar verbondenheid: ‘Ik ben gek op Rotterdam en trots op mijn wortels, op ons erfgoed. Deze stad heeft me zóveel gegeven, ik voel het als mijn morele plicht om iets terug te geven. We mogen nooit vergeten wie we zijn en waar we vandaan komen. Daarom is dit iconische depot een cadeau ván en vóór alle Rotterdammers.’

 

Een laagdrempelige manier om mee te bouwen aan het depot is de puzzel die de Rotterdamse spelontwikkelaar Identity Games ontwikkelde. De puzzel kost 29,95 euro waarvan 70 procent direct naar de inrichting van het depot gaat. Een unieke kans voor bijvoorbeeld scholieren en ouderen om hun steentje bij te dragen. Het geeft eens te meer aan dat het depot voor álle Rotterdammers móet zijn. 

Als kers op de taart wordt op 7 maart 2019 een charity dinner georganiseerd in, uiteraard, een spiegeltent. Het zal plaats bieden aan 300 gasten. Iedere tafel biedt ruimte aan acht couverts. Minke en Magchelina hopen dan zo veel mogelijk spiegels te kunnen verkopen. 

Motto van de avond? Spiegeltje, spiegeltje aan de wand… wat wordt het mooiste depot van het land? Chef d’oeuvre van de menukaart? Rotterdams Spiegelei!

Dit artikel wordt u aangeboden door

Museum Boijmans Van Beuningen

Een bezoek aan Museum Boijmans Van Beuningen is een reis door de geschiedenis van de kunst. Nederlandse en Europese topstukken geven een overzicht van de vroege middeleeuwen tot de 21ste eeuw. Van Bosch, Rembrandt en Van Gogh tot Dalí en Dutch Design.

Meer nieuws